Steeds meer dakloze Oost-Europese migranten in Utrecht: ‘De schaamte is vaak té groot om weer terug te keren’

Het aantal daklozen in Utrecht blijft groeien, en een aanzienlijk deel van deze groep bestaat uit EU-migranten. Bij de nachtopvang worden ze vaak al geweigerd zodra ze een accent hebben en een bijstandsuitkering ontvangen ze niet. Toch wil een groot deel liever niet terug naar hun moederland.

Tekst: Lotte Klaver

Het gaat vooral om mannen uit Polen en Roemenië. Ze komen naar Nederland voor werk of een beter leven, maar belanden in sommige gevallen op straat. Stichting Barka stelt dat het in het afgelopen jaar ging om een groep van ongeveer 360 daklozen in Utrecht en omgeving. “Een groot deel wisten we weer aan een baan en een woning te helpen. We proberen ons echter te richten op preventie van dakloosheid, door EU-migranten op de hoogte te stellen van hun rechten en plichten”, vertelt Kasia Dojka, coördinator bij Barka. “Maar de wetgeving verandert veel, het is een wirwar aan regels. Zelfs voor gemeenten en instanties als de arbeidsinspectie is het haast onmogelijk om te beoordelen of iemand sociale rechten heeft.”

Op weg naar Nederland met valse beloftes
De meeste arbeidsmigranten komen vanuit het moederland naar Nederland via uitzendbureaus. Deze stellen niet veel eisen; uitzendkrachten hoeven bijvoorbeeld niet de Nederlandse taal te spreken om te gaan werken in magazijnen, vleesfabrieken of kassen. “Het is vaak werk dat Nederlanders niet willen uitvoeren: het is fysiek enorm zwaar, maar je verdient er niet meer mee dan het minimumloon”, aldus Dojka. Toch weten de Nederlandse uitzendbureaus de migranten goed te lokken: “Ze bieden een soort ‘alles-in-één pakket’, waarbij de migrant zowel werk, huisvesting als verzekeringen krijgt bij het ondertekenen van het contract.”

“Arbeidsmigranten worden als derderangsburgers, of zelfs als slaven behandeld door detacheringspraktijken”

Alhoewel dit aanbod aantrekkelijk klinkt, is de realiteit van de situatie voor Oost-Europese arbeidsmigranten volgens jurist arbeidsrecht Izabela Sikora, in sommige gevallen “schrijnend” te noemen. “De beloofde huisvesting gaat soms om overvolle kamers waar wel twaalf  arbeidsmigranten bij elkaar slapen. Hier moet bovendien een hoge huur voor worden betaald; kosten voor huisvesting worden door de werkgever van het loon ingehouden en dit mag wettelijk tot 25% van het minimumloon, net als de kosten van de zorgverzekering”, legt ze uit. Uit onderzoek blijkt dat uitzendkrachten vaak niet ergens anders mogen wonen van het uitzendbureau. Dus zelfs als zij op de hoogte zijn van betere mogelijkheden, kunnen zij hier geen gebruik van maken.

Volgens Sikora profiteren Nederlandse ondernemers van de situatie via huisvesting: werkgevers regelen weinig werkuren, zodat er na het aftrekken van de huur weinig geld overblijft voor de werknemer. Tegelijkertijd rekruteren ze meer werknemers dan ze nodig hebben. Op die manier verdienen ze extra. “Werkgevers omzeilen regels voor arbeidsmigranten via de Europese Detacheringsrichtlijn. Het is een verdienmodel voor bedrijven en arbeidsmigranten worden als derderangsburgers, of zelfs als slaven behandeld door detacheringspraktijken”, aldus Sikora.

“Omdat huisvesting, verzekering en werk in één pakket zit, kan het zomaar gebeuren dat je te horen krijgt dat je een week de tijd hebt om je woning te verlaten. Dan sta je zomaar op straat.”

Dakloosheid ten gevolge van ongezonde arbeidsomstandigheden
Hoe de EU-migranten vervolgens dakloos raken, verschilt volgens Sikora per situatie: Soms is het door een verbroken relatie of verslaving. In het weekend drinken ze of worden ze high. Als ze dan op maandagmorgen te laat op werk aankomen, is dat nog niet uitgewerkt. Vanwege de korte contracten en de hoeveelheid andere arbeidsmigranten, ontslaan ze ‘lastig’ personeel binnen de kortste keren. Dus staan ze weer op straat.”

“De meesten worden echter ziek”, vult Dojka aan. “Het fysiek en mentaal volhouden van werk is lastig, vanwege de ongezonde arbeidsomstandigheden, te lange werktijden, ondermaatse huisvesting en onderbetaling”. Normaal gesproken ontvang je dan een ziektewetuitkering, mits je zes maanden in Nederland werkt. “De meeste bureaus werken echter met vier weken-contracten”, vertelt Dojka. “Omdat huisvesting, verzekering en werk in één pakket zit, kan het zomaar gebeuren dat je te horen krijgt dat je een week de tijd hebt om je woning te verlaten. Dan sta je zomaar op straat.”

“Door iets kleins te stelen bij de Albert Heijn of Kruidvat hopen ze een nachtje naar de cel te gaan. Lekker warm, en er is voedsel”

Terugkeren vaak niet het einddoel
Volgens Sikora is een slechtere situatie in het moederland één van de redenen waarom dakloze EU-migranten nog liever in Nederland op straat leven, dan terugkeren. “Ze hebben daar vaak niks meer. Soms kunnen ze niet eens terug, want daar heb je geld en documenten voor nodig”. De voorzieningen zijn voor daklozen ook beter geregeld in Nederland dan in Polen. “En dan heb ik het niet eens over opvang, want daar worden ze geweigerd. Door iets kleins te stelen bij de Albert Heijn of Kruidvat hopen ze een nachtje naar de cel te gaan. Lekker warm, en er is voedsel.”, vult ze aan.

“Maar vooral schaamte speelt een rol”, benadrukt Dojka. “Sommigen gaan bijvoorbeeld naar het buitenland om geld te verdienen voor de familie in het thuisland en beloven hen rijk te worden. Als dat dan niet lukt, durven ze eigenlijk niet meer terug”. Anderen willen volgens de hulpverlener ook niet terug, ze zijn hier al jaren en voelen zich thuis op straat. “We kennen één meneer die al 10 jaar op straat leeft en dat vindt hij prima. We hebben meerdere keren geprobeerd om hem terug te laten keren naar zijn geboorteland en dat is zelfs een keer gelukt, maar inmiddels is hij weer terug omdat hij geniet van de vrijheid als dakloze. Hij zei zelfs tegen mij: ‘Ik ben de koning van Utrecht!’”

Het terug laten keren is dan ook niet het einddoel van Barka. Als mensen zich hier kunnen vestigen en werk hebben, dan is de hulpverlening in hun ogen geslaagd: “Sommigen zijn enorm gemotiveerd om in Nederland te werken, maar kampen met verslaving. Dan gaan we met hen een detox-traject in om clean te worden. Voor Poolse daklozen zijn er inmiddels verschillende woongemeenschappen opgericht in hun moederland. Als daklozen wél graag terug naar Polen willen, maar ze hebben daar geen familie of vrienden waar ze terecht kunnen, dan biedt een woongemeenschap uitkomst. Hier leven oud-daklozen samen met ervaringsdeskundigen en kunnen ze door middel van sociaal werk hun eigen geld verdienen. ”.

Het maatwerk, waarbij per persoon gekeken wordt hoe diegene het beste kan worden geholpen, motiveert Dojka het meest. “We moeten enorm creatief zijn; we zien onszelf als gereedschap. We kennen de regels en hebben onze contacten. Soms kunnen we binnen een week al iemand van de straat halen, de andere keer duurt het maanden. Als we dan jaren later weer eens een brief krijgen, waarin iemand zijn of haar succesverhaal deelt en ons bedankt voor de hulp. Daar doen we het voor.”

Bekijk hier alle studentenproducties over dakloosheid in Utrecht.